De musical ‘Het grassprietje geeft het laatste zetje’ komt volgend jaar in de theaters. Het script is gebaseerd op de tekst van ‘Maar de boer hij ploegde voort’ van Werumeus Buning, een dichter eind 19e eeuw. De casting is op gang. Verrassend snel vormde zich het boerenteam met een heuse tractor en een koe op het toneel. Een culturele doorbraak. Wie Carola gaat spelen is nog niet bekend.
Het gaat tussen Carola Smit (BZN in de rebound) en Carola Schouten, die met een kijkdichtheid van meer dan 500 000, er zin in schijnt te krijgen een vervolgstap te maken. We hebben het natuurlijk over de stikstofsoap die ons allen heeft bewogen. En die de waardering voor het doorslaggevende glas melk ieder dag heeft doen toenemen. Ook voor de boer als ondernemer, volhardend bij tegenwind. Een voorbeeld voor iedere ondernemer, zeker in deze tijden. Zelf voetbalde ik vroeger bij OVVO ‘Op volharding volgt Overwinning’ in de tijd dat voetbalclubs hun naam verbonden aan de strategie. De mooiste is HBOK: ‘Het Begon Op Klompen’. Dat is een waarheid als een koe, want de boer is de oudste beroepsbeoefenaar en ondernemer in onze economie. Daar zou wel wat meer respect voor mogen zijn vanuit de politiek.
Wat een scene was het. Alles liep door elkaar: bouw, natuurgebieden, landbouw, voeding. Argumenten op strategisch en tactisch niveau. De nu 81-jarige bedrijfskundige goeroe Henry Mintzburg verwijst dan met een glimlach naar zijn typologie van het ‘Carbage Can model’. Het ‘Vuilnisvat Model’, waar de problemen worden ingegooid en de oplossing er onverwacht en irrationeel uitspuit. De politici onder ons zullen dat model wel herkennen. Ook hier: de minister kwam met de schrik vrij door de vondst ‘er zit toch te weinig eiwit in het grassprietje’. Dus het veevoer mag zo blijven. Ook een bevrijding voor deze boerendochter. Die zeker in gewetensnood zal hebben verkeerd.
Al deze gedachten gingen door mijn hoofd op een van mijn zesduizend stappenwandelingen in het mooie Waterland. Opeens dacht ik: er mist iets. De koe is in deze zaak nooit geraadpleegd! De daad bij het woord voegend ging ik over het hek en stevende op een koe af. En vroeg wat zij er nu van vond. Het antwoord was ‘boe’, ik hoorde duidelijk ‘boer’. Dat vraagt om een korte toelichting: “ik laat er geen gras over groeien, het moet tot de grond toe worden uitgezocht. Kom niet aan de boer dan kom je aan mij”. Opeens had ik ongelofelijke trek in een glas volle melk, rechtstreeks van de boer!